Leef niet om te werken maar werk om te leven, een wijsheid die menig tegeltje aan de wand siert en zoals met zovele wijsheden het geval lijkt te zijn gebeurt precies het omgekeerde. Goed dat die tegeltjes er zijn, het herinnert ons er misschien aan dat er mogelijk nog wat te doen valt.
Onbewust worden de wijsheden op de tegeltjes wel onderkend, het resoneert en alhoewel het nog niet direct duidelijk is hoe het te bereiken is, lijkt het een goed idee. Totdat er werkelijk over nagedacht wordt blijft het een mooi streven om even later een onmogelijkheid te zijn geworden. Niet zozeer omdat het onmogelijk zou zijn maar er worden wat obstakels in het denken opgebracht die de weg naar het doel blokkeren. Het ideaalbeeld is voorstelbaar, de weg er naar toe niet.
Veelal wordt de conclusie getrokken dat iets niet mogelijk is terwijl het even daarvoor voorstelbaar leek, ja zelfs als ideaal werd gezien. Een vluchtige gedachte die een blik werpt op de weg ergens naar toe creëert een eigen waarheid die vanaf dat moment te vuur en te zwaard verdedigd moet worden, het KAN niet.
Een weg bestaat over het algemeen uit een route die een begin- en een eindpunt verbindt, op een kaart is het lijntje slechts de verbinding en kan net zoveel kronkels hebben als gewenst. Het vinden van een route of verbinding tussen twee punten hoeft geen onmogelijke opgave te zijn tenzij er restricties aan de route worden opgelegd.
Een navigatiesysteem heeft de mogelijkheid om je van Amsterdam naar Rotterdam te leiden via Moskou en Peking wanneer er wat blokkades zijn, het apparaat stopt niet met zoeken totdat ie een mogelijke route heeft gevonden. Duizenden combinaties van wegen worden doorzocht, zelfs een oversteek per boot wordt meegenomen als mogelijkheid. 't is misschien niet al te handig om een omweg over Moskou en Peking te maken maar het KAN wel.
Zodra de bekende of directe verbindingsweg er uit ligt slaat een lichte vorm van paniek toe, de alternatieve wegen zijn niet bekend en er ontstaat twijfel of het wel mogelijk is om van Amsterdam naar Rotterdam te rijden. Diep van binnen weten we wel dat er altijd een weg te vinden is maar wanneer dat wat extra aandacht vergt lijkt het eenvoudiger om het maar niet meer voor mogelijk te houden, het lijkt iets te veel moeite te kosten om het gebaande pad te verlaten en de alternatieven werkelijk op te zoeken.
Maar is het wel de extra moeite die het kost die er voor zorgt dat er niet naar de alternatieve routes wordt gekeken? Zou er misschien een ander aspect onder kunnen liggen dat de onwil om daadwerkelijk een route te vinden verklaart? Iets wezenlijk menselijks?
Voor een apparaat maakt het geen snars uit hoe ie er komt en mogelijk is dat voor de mens ook niet zo van belang zolang er maar een vorm van duidelijkheid en zekerheid bestaat dat het doel behaald kan worden. Toch gaan we niet van start, toch is er iets dat ons weerhoudt van het zoeken naar het alternatief.
Misschien ligt het in het feit dat de directe of reeds bekende weg niet meer beschikbaar is, de weg die we zijn gaan waarderen voor wat het bracht brengt het niet meer, het gemak en de zekerheid is over. Deze teleurstelling moet eerst geaccepteerd worden voordat daadwerkelijke tot een andere actie overgegaan kan worden en daar ligt dan de crux, de wil en mogelijkheid tot onderkenning en acceptatie. Het is zoals het is maar dat is nog lang geen realiteit geworden in de bovenkamer.
Het vasthouden aan een zekerheid die geen zekerheid meer is, is als het vasthouden aan een illusie of een herinnering. Of het nu een weg is die er uit ligt of een familielid dat sterft, graag houden we nog even vast aan hoe het was en de goede herinnering alvorens we door de zure appel heen moeten bijten en de nieuwe realiteit onder ogen zien. In het geval van een weg kan het een paar minuten duren, bij een familielid maanden tot jaren en bij een sociaal maatschappelijk systeem een heel leven lang voordat er ook maar begonnen wordt met de eerste stappen van het verwerkingsproces, onderkenning en acceptatie.
Natuurlijk biedt ons huidige sociale en maatschappelijke systeem wat voordelen, allerlei zaken lijken geregeld en zekerheden ingebouwd. Het systeem is dan ook springlevend en allerminst overleden, in zoverre lijkt er dan ook geen enkele aanleiding te bestaan om haar te begraven. Zolang er nog nieuwe zekerheden en waarborgen gecreëerd kunnen worden leeft het systeem. En, omdat het systeem voor sommigen werkt zal dat de reclamepraat voor het systeem zijn, de zelfkant waar een grote meerderheid van mensen een vorm van misère beleven of zelfs sterven door tekortkomingen aan het systeem blijft onderbelicht.
Er zijn niet zo heel veel mensen die van zichzelf roepen, ik ben ijdel, hebberig, jaloers, haatdragend, aartslui en egoïstisch. Dat een systeem dat ook niet roept bij monde van haar hoeders mag dan ook geen verbazing opleveren, 't blijft tenslotte mensenwerk en het verbloemen van wat het werkelijk is lijkt dan ook geheel natuurlijk. Diep van binnen zijn al deze aspecten wel bekend maar zolang ze onder het oppervlak verborgen kunnen blijven en er een vorm van taboe op gelegd kan worden, wordt er geen aandacht aan geschonken en wordt er vrolijk verder geleefd zonder de daadwerkelijke pijn die het veroorzaakt te willen onderkennen. Liever nog worden mensen beschimpt omdat ze zich niet staande weten te houden dan dat er een daadwerkelijke blik op de onderliggende materie geworpen wordt, een onderliggende materie die niet in het systeem ligt maar in puur menselijke eigenschappen.
"Het kan niet" is daarmee slechts een illusie, eentje die voortkomt uit een gehechtheid of vorm van verslaving aan het huidige systeem. Het huidige systeem biedt de mogelijkheid om een groot deel van de eigen menselijke eigenschappen te verbloemen door ze als sociaal ongewenst te markeren en daarmee uit te bannen. Te zien voor wat ze zijn is onnodig, een gezamenlijke ontkenning is voldoende.
Intern zou een geldloze, geweldloze en controlevrije samenleving best kunnen resoneren maar slechts de eigen gehechtheid aan geld, hiërarchie en controle zorgen er voor dat het voor onmogelijk gehouden wordt. Iets waarvoor makkelijk een bevestiging gevonden kan worden in de medemens.
Het huidige systeem van illusie biedt elk wat wils, de één een hoop geld, de ander wat macht en weer anderen de mogelijkheid om zichzelf te ontkennen. Het biedt iets en neemt tegelijkertijd, het biedt illusie en verhult de pijn die het veroorzaakt. Een prachtig iets, zelfs voor de minderheid van mensen die een blik op zichzelf en haar omgeving werpen. De idee dat er nog grotere zonden begaan worden dan zelf (nog) begaan worden biedt een mogelijk voetstuk.
Zou er werkelijk een aandrang bestaan om het huidige systeem te zien voor wat het daadwerkelijk is, te onderkennen waar haar tekortkomingen liggen en te ontdekken waarom ze toch zo aantrekkelijk blijft?
Zolang onderkenning en acceptatie van tekortkomingen uitblijven zal de weg naar alternatieven onvoorstelbaar blijven, ook al doen ze het nog zo goed op een tegeltje.