Hoe zou het zijn als er geen baas is?
Gewoon niets of niemand die je vertelt wat je zou moeten of mogen. Niets, niemand, geen meerderheid, geen boekje en zelfs geen almachtige. Kun je die voorstelling maken of lopen je gedachten al met je weg?
Misschien is dat helemaal niet zo verwonderlijk. Zou het kunnen dat we eigenlijk nooit iets anders gekend hebben, dat er altijd wel iets of iemand was die ons op één of andere manier vertelde wat moest of mocht?
Onze ouders deden het in het kader van onze opvoeding. Onze onderwijzers deden het in het kader van onze educatie. Bij sommigen deden geestelijken het in het kader van het geloof en daarna deed bijna iedereen om je heen het in het kader van democratie en vrijheid. Nog voordat we onze verstandelijke vermogens helemaal ontwikkeld hadden leefden we al in een wereld die voor ons ingevuld was. Zo moet het, dit mag wel en dat mag niet.
En misschien is dat helemaal niet erg, het bood ons een kader waarbinnen we ons konden ontwikkelen. Een kader dat ervoor zorgde dat onze ontluikende maar nog onbekende gevoelens gekanaliseerd konden worden. Het gaf ons iets om ons tegen af te zetten. Iets om tegen te vechten, bijvoorbeeld in onze puberteit, waardoor we voor een deel onze eigen identiteit konden bepalen. En zo hebben we heel wat gevechten geleverd waardoor we onze eigen grenzen verlegden. Gevechten tegen regeltjes van ouders en school, spruitjeslucht, verzuiling, religie, conformiteit en noem ze maar op. Al die gevechten hebben ons gevormd en gemaakt tot wie we nu zijn. Overwinningen die ons een gevoel van vrijheid bezorgen en dat gevoel zijn we niet meer bereid op te geven.
We voelen ons vrij en capabel, trots op onze overwinningen en bereid om steeds opnieuw de strijd aan te gaan. Vrijgevochten individuen die baas zijn over hun eigen leven en mocht je daar wat van vinden dan kun je wat verwachten. We hebben wat bereikt, we zijn onszelf geworden en ondanks dat we misschien dingen niet helemaal goed hebben gedaan nemen ze ons dit in ieder geval niet meer af.
Toch valt er misschien een vraagje te stellen bij al die vrijheid. Hebben we door het oprekken van bestaande regels vrijheid gekregen of hebben we gezorgd dat die regels wat minder strak zitten?
Misschien is het wat comfortabeler geworden en biedt het ons wat meer bewegingsvrijheid. Maar om dat nu werkelijke vrijheid te noemen lijkt misschien een stapje te ver. Ondanks alle strijd die gewonnen is zijn er nog steeds kaders of beperkingen waarbinnen we ons bewegen en daarmee is er nog steeds een baas.
Als we kijken hoeveel boekjes volgeschreven zijn met regeltjes zoals wetboeken, geloofsboeken en allerlei verordeningen dan zou op kunnen vallen dat het zo goed als onmogelijk is om je tegen alles te verzetten en daarmee vrijheid te verdienen. En dan hebben we het nog niet gehad over ongeschreven, sociale of culturele regels. Een ondoordringbaar oerwoud dat je zo maar de moed zou kunnen doen verliezen om ooit voorbij te gaan aan de baas.
Dat hoeft echter niet. Als we kunnen zien dat we dat wat we onze vrijheid noemen volledig afhankelijk hebben gemaakt van de mate waarop regels of kaders ons beperken dan ligt de oplossing voor de hand. Als werkelijke vrijheid betekent dat we niet meer gebonden zijn dan kunnen we enkel vrij zijn door alle regels en kaders te laten varen. Niet ertegen vechten maar gewoon loslaten. Zolang wij ze belangrijk vinden zijn ze belangrijk voor ons en worden we erdoor beperkt. Zolang wij ze belangrijk vinden ontnemen we onszelf vrijheid.
Vrijheid is als een onbeschreven vel papier, we kunnen het zelf inkleuren of het door een ander laten doen. We kunnen tekeningen van anderen proberen te wissen of zelf tekeningen maken. We hebben een keuze, we leiden onszelf of laten ons leiden.
Deze vrijheid, deze ontketening, is het grootste geschenk dat we onszelf kunnen geven. Maar het komt wel met een prijs, vrijheid komt nooit zonder verantwoordelijkheid. Zonder zelf verantwoordelijkheid te nemen om het eigen leven te leiden, het zelf in te vullen, en daar de gevolgen van te dragen resteert slechts een leven dat niet door ons zelf geleid wordt. Terug naar het vechten om kruimels van nep-vrijheid terwijl we het hele brood van werkelijke vrijheid kunnen hebben.
Hoe het ingevuld wordt daarin laat ik een ieder graag helemaal vrij maar misschien helpt het om te beseffen dat vrijheid heel persoonlijk en nooit afdwingbaar is. Onze vrijheid kan nooit de dwang van of naar een ander zijn.