In een dagelijkse wereld die zich afspeelt tussen geboorte en dood lijkt er slechts plaats voor het leven. Een leven dat bepaald wordt door zowel interne als externe factoren. Van het hongerige gevoel in de buik tot een ervaren sociale druk zijn er zaken die vorm geven aan het eigen leven. Drijvende krachten die leiden tot actie en interactie.
Een leven zonder drijvende kracht is haast onvoorstelbaar waardoor iets als anarchisme net zo onvoorstelbaar lijkt. Zonder iets dat het leven voortdrijft komt het geheel tot stilstand als een serene rust waarin niets beleefd wordt. Een eindeloze stilte.
Iedere geboorte is een ontworsteling aan het eindeloze niets om te willen leven en beleven, om te zijn. Uit het niets ontstaat iets. Iets dat uniek is in zijn eigen wil en daarmee zichzelf. Wat het ook is, het is en kan nooit iets anders zijn dan zichzelf. Uniek in het eigen bestaan en slechts in vorm herkenbaar als mens, dier of plant.
Zoals het leven dood in zich draagt is een uniek mens een smeltkroes van tegenstellingen in zichzelf. Het goede kan niet zonder het kwade bestaan evenals het rationele niet kan zonder het irrationele. De beetje oplettende mens ontdekt tegenstellingen in zichzelf en omarmt beide zijden; simpelweg omdat ze in hem bestaan en hem laten bestaan. Differentiatie maakt het individu waarmee het resultaat van de interne tegenstellingen een tegenstelling wordt ten opzichte van het geheel waaruit het voortkomt. Zonder het geheel te verlaten wordt het een deel van het geheel, als resultaat en het geheel mede vormend.
Als het gaat over een drijvende kracht dan wordt er nogal eens gesproken over liefde. God zou het zijn en ook vlinders in de buik krijgen die naam. Het wordt veelal gezien als drijvende kracht die de meest onmogelijke zaken mogelijk lijkt te maken. Een blik door de roze bril doet alle obstakels als sneeuw voor de zon verdwijnen en zelfs de meest a-muzikale mens weet nog een prachtige serenade te brengen. Gedreven door liefde lijkt er slechts een poel van onbeperkte mogelijkheden.
Zonder een object waarop een kracht kan worden uitgeoefend bestaat de kracht slechts als potentieel. Er is simpelweg een bal nodig om tegenaan te schoppen. Zonder bal is de mooiste en krachtigste schopbeweging niet alleen zinloos maar is ook het resultaat van die beweging niet zichtbaar. Ook liefde heeft een object nodig waarop ze haar kracht kan uitoefenen. Iets waardoor haar bestaan waarneembaar wordt. Dit object van liefde is het leven, en daarmee ieder leven. Liefde schopt als drijvende kracht graag de eindeloze doodse stilte in beweging en door haar levende creaties is zij zichtbaar, als bron, object en als kracht.
Uit liefde voor het leven vormt het leven zich. Het object van liefde is daarmee leven, liefde voor het bestaan dat zich manifesteert als bestaan. Door zichzelf (uit) te geven als iets anders dan de pure liefde die ze is kan ze, en haar effect, beleefd worden. Ze verwordt tot meerdere objecten en hun interactie. Tot ieder afzonderlijk leven en het totaal van leven.
Wat het object ook is, iets bestaands of iets dat tot bestaan zou moeten komen, het is iets. Iets in tegenstelling tot niets. Ieder bestaan, of het nu als leuk of afgrijselijk wordt ervaren, is ontstaan vanuit de liefde voor dat bestaan. Zelfs de meest liefdeloze mens is onstaan uit liefde voor dat bestaan. Mogelijk wat schokkend maar in een poel van onbeperkte mogelijkheden is alles nu eenmaal mogelijk. En, wanneer het eigen bestaan gewaardeerd wordt, waarom zou een ander bestaan dan niet net zo gewaardeerd worden?
Mogelijk is hier het archisme te vinden met liefde als archetype. Liefde als drijvende gedachte voor het bestaan waarin ieder bestaan gewaardeerd kan worden. Een gedachte die ieder leven gelijkwaardig maakt en ieder bestaan kan zien als resultaat van dezelfde liefde die ook het eigen bestaan mogelijk maakt. Een bestaan vanuit liefde en ontwikkelend naar liefde voor alles dat uit liefde voortkomt om uiteindelijk het eigen bestaan als bron van liefde te geven aan het bestaan.
Zonder drijvende kracht of gedachte (an-arch-isme) zou er niets bestaan. Zelfs geen anarchist. Door de drijvende kracht van liefde is het huidige bestaan een werkelijkheid geworden. Een werkelijkheid waarin enkel het anarchisme zich lijkt te laten leiden door zowel de liefde voor het eigen als ieder bestaan. Een verbinding met de bron van het bestaan waardoor liefde een interne heerser wordt en andere ismes zich ongebonden ophouden met externe heerschappij onder het mom van verbondenheid.
Anarchisme als ultieme uiting van liefde, zou het ooit op de voorpagina's van kranten verschijnen?