Ooit ging ik op zoek naar de waarheid
En toen ik haar vond, liet ik haar weer gaan
Ze was mooi, mysterieus en onaantastbaar
Heilig, zo leek het wel.
Tot ik wat beter keek en haar leegte zag
Betoverend in al haar schijn
Leek ze heel wat te zijn
Maar ze had niets om het lijf
Haar naakte bestaan
Was niet meer dan een illusie
Maar zo belangrijk gemaakt
Dat hele levens om haar leken te gaan
Ze bleek maar een idee
Een speeltje van het brein
Dat versluierde
Wat onderliggend kon zijn
Opeens scheen door
Wat onder de waarheid lag
Werkelijkheid
Zoals ik het nog nooit eerder zag
Werkelijkheid was echt
En waarheid niets meer
Dan iets
Dat daar wat over zegt
Hoe meer overeenkomst
Met de werkelijkheid
Des te meer
Waarheid
Ik kon het gezeur laten gaan
Dat gezever om waarheid
En gewoon opgaan
In werkelijkheid
Zonder waarheid
Zien, horen, ruiken, proeven en voelen
Het kan echt
Werkelijk waar